In tegenstelling tot wat sommigen beweren, is het slaan van een fretje niet uit den boze, zolang het maar in verhouding gebeurt tot het dier in kwestie en op een verantwoorde manier.
De beste manier om een dier iets duidelijk te maken, is dezelfde taal spreken als het dier.
Hiermee bedoelen we dat als een fret duidelijk wil maken dat hij/zij iets niet graag heeft, het fretje van zich afbijt en dat is toch ook een pijnlijke situatie, of niet soms?
Er zijn drie verschillende soorten straffen om een fret duidelijk te maken dat hij/zij iets deed wat niet kan. Neem een voorbeeld aan een slipketting bij de hond.
Sommigen vinden dit beestachtige dierenmishandeling, maar deze methode is gebaseerd op de natuurlijke gang van zaken. Een hond is een roedeldier, met aan het hoofd een leider.
Wanneer iets gebeurt dat niet naar de zin is van deze leider, dan zal dat afgestraft worden door een beet in de nekstreek. Een goed gebruik van een slipketting bootst deze beet na.
Pinkettingen zijn marteltuigen, dat staat vast. Maar nu verder over fretjes.
Een fretje zal zijn tandjes om verschillende redenen gebruiken. Om je vast te nemen en mee te nemen of te verzamelen bv,
of om zichzelf mee vast te houden wanneer een fretje niet meer zeker is en vreest te vallen.
Een fretje speelt ook met z’n tanden, tast af en onderzoekt. In sommige gevallen om zich te verdedigen, of om iets af te dwingen.
Geslachtsrijpe rammetjes sleuren hun moertje, of bij gebrek hieraan je hand, mee om te paren. Het is dus van belang dat je goed weet waarom je fretje z’n tanden gebruikt.
Niet in elke situatie is eender welke straf gerechtvaardigd.
Daarom delen we de fretjes op in verschillende categorieën:
Hierbij gaat het om fretjes die nooit vertrouwen kregen in mensenhanden, of in een gezinssituatie.
De oorzaak kan veelzijdig zijn, maar vindt zijn oorsprong meestal bij traumatische ervaringen tijdens de inprentingsfase (periode tussen de 4e week en 5e maand waarin ze alle sociale vaardigheden leren die later van nut zijn).
Angstbijtertjes moeten dan ook via positieve conditionering behandeld worden. Dit betekent dat goed gedrag moet beloond worden en slecht gedrag getolereerd.
Bij deze fretjes mag je geen lijfelijke straffen gebruiken, want daar vererger je de situatie maar mee. Neen, deze fretjes dienen eerst vertrouwen te krijgen in de mensenhand,
in mensentaal en in mensenhandelingen. Geef de fret de kans om je handen als weldoend doch rechtvaardig te leren kennen. Daarna zal het bijterig gedrag vanzelf stoppen.
Hoe pak ik dit aan? Wat hier verder verklaard wordt, gebeurt niet op enkele dagen, noch weken. Het duurt soms wel maanden voor je dergelijke fretjes weer opgevoed krijgt.
Je fret bijt hard en gemeen, maar toont absoluut geen angst. Je fret wil op dat moment duidelijk maken dat hij/zij ergens echt niet mee gediend is. De fret zal je trachten pijn te doen. De eigenaar op zijn beurt, moet nu laten merken dat niet de fret, maar de eigenaar de baas is. Hier werkt positieve conditionering meestal veel te traag of geheel niet. Een combinatie van een aantal straffen brengt hier een oplossing. Als een fret wil bijten, neem je hem/haar bij het nekvel omhoog, zodat hij/zij overmeesterd wordt door een gevoel van controleverlies en onzekerheid. Schud even met de fret, roep heel hard "Foei!" en blaas gelijk in z’n aangezicht. Als er tijdens het blazen per toeval wat speeksel mee op de fret terecht komt, kuis dit dan absoluut niet af, want dit wordt als aaien ervaren. Hou je bekijvende vinger verticaal langs het fretje zijn/haar neus en geef een tik tegen de zijflank van het snuitje. Geef direct je fret de indruk dat hij/zij terug kan bijten door je vinger weer op dezelfde manier voor hem/haar te houden. Het gebeurde ligt vers in het geheugen en het fretje zal om drie verschillende redenen het bekje weer openen:
Tijdens het spel kan een fret, in het heetst van de opwinding, soms moeilijk het verschil nog maken tussen spelend bijten en doorbijten. Meestal leren broers en zusjes in het nest elkaar hoe ver ze mogen gaan. Als je echter een fretje hebt dat te snel uit het nest werd genomen, of het meest dominante fretje uit het nest was, dan kent dit dier zijn grens nog niet. Wanneer naar jouw normen de fret te hard gaat bijten, geef je hem/haar tijdens het spel gewoon een draai rond de oren (bij wijze van spreken) zodat hij/zij verschiet. Het spel zal dan waarschijnlijk afgelopen zijn en de fret zal het hazenpad kiezen. Zijn tegenstander, jouw hand dus, heeft duidelijk gemaakt aan hem/haar, dat het speelkameraadje (jouw hand) niet opgezet is met het harde spel (en bijten). Na een paar van deze berispingen zal het fretje beter leren doseren.
Zoals eerder verteld, kan je fretje je plots vastnemen en je ergens mee naartoe willen nemen. Het volstaat om het fretje dan even op je arm te nemen en met je andere vingers met het fretje te beginnen spelen. Het fretje zal afgeleid worden en je hand loslaten. Als het fretje harder gaat bijten (gebeurt meestal bij geslachtsrijpe fretjes), dan wring je twee vingers tussen het achterste gedeelte van het bekje, om dan het bekje open te duwen Dit gedrag betert enkel na een castratie (tot drie weken hierna).
Stel jezelf eens in de plaats van fretlief en je ziet een voet. Je “moet” die dus gewoon gaan inspecteren, maar hé …., wat gebeurt daar? Plots gaat die voet lopen, da’s leuk !!! ERACHTERAAN !!!!! Inderdaad, dat is wat er gebeurt als je je voeten wegtrekt. Je voeten gaan dienst doen als prooi en aangezien de fret een roofdier en jagertje is … Beter is om even door de knieën te gaan en het fretje op heterdaad te betrappen. Als het fretje snuffelt, laat het dan gerust verder doen. Maar wanneer de tandjes gebruikt worden, geef je het diertje even een tik tegen de neus, steek je vinger in de hoogte en roep het bekende "Foei!".
Je hebt al zolang een fretje. Het is een zalig dier en je hebt er het volste vertrouwen in. Maar net die éne keer doet je fretje iets wat totaal niet door de beugel kan.
Dan is volgende straf op z’n plaats:
Zet het fretje als straf terug in de kooi en haal een ander fretje extra aan, zodat de gestrafte fret dit ziet (binnen een zichtsveld van 1,5m.).
Wat de gestrafte fret ook doet, gun hem/haar geen blik of geen woord. Wanneer de gestrafte fret een dutje heeft gedaan, is deze straf afgelopen, want zijn/haar geheugen is wat dit betreft zeer kort.
Deze straf werkt niet doeltreffend bij fretten die nog geen sterke band hebben met de eigenaar (nieuwe of jonge fretten dus en komt alleszins niet in aanmerking als het fretje gebeten heeft).
Te vaak straffen zal de vertrouwensrelatie tussen jou en je fret beschadigen. De fret zal langzaam van je vervreemden, angstig worden en bijten, zodat een bijtprobleem alleen maar zal toenemen. Aandacht, knuffelen en véél geduld zijn de belangrijkste hulpmiddelen bij de opvoeding van je fret, want een fret die jou vertrouwt, zal al vlug je beste vriend zijn.